© 2016 Togetherontour - Gerrit&Jorina
Na de klus en rustdag bij het meer van Tislit gaan we zaterdag verder naar het zuiden. We besluiten onze reisplannen iets bij te stellen en niet én de Todra kloof én de Dadés kloof te doen, maar alleen de Todra kloof.
We vertrekken ’s morgens lekker op tijd en gaan eerst naar de markt in Imilchil. Op de markt proberen we een grote mat te kopen zodat we een beetje schoon voor de auto kunnen zitten. Het lukt ons echter niet om te onderhandelen. De eerste verkoper vraagt 40Dh per meter, dit vinden we wat veel en doen een bod. Er volgt geen tegenbod dus ook geen koop. Bij het volgende stalletje eigenlijk hetzelfde verhaal. Best apart, Marokko is een land waar het gebruikelijk is om te onderhandelen over alles tenzij er duidelijk wordt aangegeven en hier wilde men niet onderhandelen. Jorina koopt nog wel een origineel Marokkaans theepotje.
Daarna gaan we op pad om via Agoudal naar de Todra kloof te rijden. Onderweg volgen we grotendeels een rivier. Langs de oevers wordt overal op kleine schaal groente en fruit verbouwd, het is er druk, er wordt volop maïs geoogst. De maïs wordt als hele plant gerooid en met ezels vervoerd. Sommige ezels zijn zo afgeladen dat alleen het droevige ezelshoofd nog zichtbaar is tussen de maïsstengels.
Doordat we in het dal rijden hebben we geen idee van de hoogte, als we tijdens een lunchstop in een droge rivierbedding op de navigatie kijken blijkt dat we in het dal al op 2400 meter zitten.
Na de lunch verlaten we het dal en gaan op de flanken van de bergen omhoog. Hier zien we de eerste Dromedarissen. Via talloze haarspeldbochten kronkelt de weg omhoog naar een hoogte van 2690 meter. Er volgt een prachtig uitzicht, rechts van ons tekenen diepe kloven zich af op de berghellingen.
Tijdens de afdaling komen we een groep nomaden tegen met Dromedarissen, paarden, ezels en honden. De honden blijven midden op de weg staan. Een man en vrouw proberen de honden van de weg te krijgen hetgeen niet echt succesvol is. Het levert een hilarisch tafereeltje op. De rest van de nomaden probeert de rest van de dieren in bedwang te houden hetgeen maar net lukt.
De Todrakloof zelf is best indrukwekkend. Aan het einde van de kloof moeten we door een spleet van een meter of 10 breed en de wanden zijn bijna 200 meter hoog. Helaas hebben zich in deze doorgang souvenieraansmeerders gevestigd waardoor het beeld een stuk minder fraai is.
Na de kloof zoeken we een camping. Op de camping treffen we nog een Engels stel maar verder is er niemand. De hele reis al treffen we maar weinig reizigers. Degene die we wel zien klagen er ook over. Waarschijnlijk laten de toeristen Marokko een beetje links liggen om twee redenen. Enerzijds de economische crisis en anderzijds de onrust in Arabische landen. Het is jammer want Marokko is eigenlijk niet te vergelijken met de rest van het Midden-Oosten. Hoewel grotendeels Arabisch heeft Marokko toch meer Afrikaans cultuur in zich dan de meeste mensen denken. Ook het politieke systeem zit anders in elkaar. Marokko heeft een daadkrachtige koning welke veel doet om Marokko vooruit te helpen. Overal wordt gewerkt aan de infrastructuur. Pistes worden geasfalteerd, elektra en riolering wordt aangelegd.
Daarnaast heeft de koning door dat toeristen het positieve (of negatieve) verhaal door vertellen dus er wordt alles aan gedaan om het de toerist naar zijn zin te maken. Waar we in 2009 nog om de paar kilometer moesten stoppen bij douane of politieposten om onze gegevens af te geven hebben we nu nog niet één stop gehad. We hebben begrepen dat dit in de grensgebieden met Algerije en in de Westelijke Sahara nog wel zo is. Dat is ook goed. In die gebieden is het voor onze eigen veiligheid goed dat de politie weet waar we ongeveer zitten. Door dit systeem is heel Marokko een plezierig land om te bereizen.
Of de crisis een reden is om niet naar Marokko te gaan kan ik niet beoordelen. Ik weet wel dat een retourtje met het vliegtuig te boeken is voor ongeveer honderd Euro. Het leven hier is ook erg goedkoop. Een camping kost ongeveer 5 Euro per nacht en voor nog geen twee Euro koop je een zak groente waar je drie dagen van kunt eten.
Misschien is Marokko dus juist wel een leuk alternatief om lekker goedkoop op vakantie te gaan in deze toch al dure tijden.
Ok, tot zover de reclame voor Marokko.
De zondag brengen we door op de camping bij Tinerhir.
Maandag rijden we via Alnif naar Fezzou. In Fezzou komen we op de piste die naar Oum Jrane gaat. We zien een kudde Dromedarissen waar we stoppen voor een lunchstop. Na de lunch wordt de piste wat zanderiger en op 52km voor Oum Jrane moeten we stoppen om de banden af te laten om een wadi over te steken. We laten de banden af tot iets meer dan 2 bar en gaan in een lage versnelling en hoog toerental door het zand. De dames staan halverwege voor foto’s en spectaculaire filmpjes. Helaas voor de dames gaan beide trucks op het gemakkie door het zand.
Eenmaal in Oum Jrane rijden we naar een camping, de camping lijkt meer op een bouwterrein en reizigers zijn er ook al niet te bekennen. Ik kijk op de navigatie en zie dat ik nog een andere camping heb op 4km afstand. Kris kras door bush rijden we naar het waypoint. Helaas….geen camping te zien op het waypoint. Wel een reclamebord van de camping waar we net vandaan kwamen. We zijn dus een beetje gefopt, we hebben er hartelijk om gelachen en zijn vervolgens maar weer teruggereden naar de echte camping annex bouwplaats.
Op de camping/auberge druppelen aan het einde van de dag veel bouwvakkers binnen, later blijkt dat dit medewerkers zijn van een nabijgelegen mijn. Deze mensen zitten hier dus in de kost en zitten overdag in de mijn.
Op zich best gezellig zoveel locals om je heen. Het onverstaanbare geroezemoes heeft iets rustgevends.
De volgende morgen zijn we al weer vroeg wakker. We ontbijten en willen afrekenen.
Dat is op deze camping makkelijker gezegd dan gedaan. Er wordt voor de twee trucks 250Dh gevraagd, bijna 25 Euro. Het mannetje bij wie we moeten afrekenen (niet de eigenaar) begint een heel verhaal om uit te leggen waarom het zoveel kost. In hoofdlijnen komt het er op neer dat dit komt omdat we op de enige camping in de regio staan en vanwege de faciliteiten. Nu kunnen we hier die faciliteiten wel even uitleggen;
Er was een douche met warm water. Het water werd verwarmt met een geiser. Deze geiser was in de douche opgehangen zonder enige bescherming. Het rookgaskanaal van de geiser was voor het gemak ook maar niet naar buiten gebracht waardoor het hele hok volhing met gasdampen en grote hoeveelheden koolstofmono-oxide. De mogelijke vergiftiging was w.s. bij de prijs inbegrepen.
Verdere faciliteiten hebben we eigenlijk niet kunnen ontdekken. Voor ons is dit op zich allemaal prima, maar vraag dan wel een normale prijs.
Na veel getouwtrek en zelfs tekeningetjes van Jan ter verduidelijking hebben we de beste man 100Dh gegeven wat neerkomt op 5 Euro per auto. Nog te veel maar voor ons prima.
De beste man was dus niet geslaagd in zijn poging tot oplichting. Het wrange van het verhaal is dat de man geen Marokkaan maar een Spanjaard was. Ben je in Marokko, wordt je bijna getild door een Europeaan.
De trucks worden gestart en na een paar minuten luchtdraaien vertrekken we in de richting van Tazzarine. We rijden stapvoets door Oum Jrane en tussen een paar mensen op een bankje herken ik één van de eigenaren van de camping. We stoppen en spreken de man aan, al was het maar om er voor te zorgen dat de Spanjool in ieder geval de 100Dh die hij van ons gehad heeft aan de campingeigenaar moet afgeven.
Na Oum Jrane is het even zoeken naar de juiste piste. Als we die gevonden hebben opent zich een schitterend panorama. Een afwisselend decor van palmbomen, rotsblokken, akkers, bergen en dorpjes trekt aan ons voorbij.
12km voor Tazzarine vinden we een prachtcamping midden in de bush. Vanuit deze camping worden veel dromedaristochten door de woestijn georganiseerd, de deelnemers slapen dan in prachtige berbertenten, maar ook hier bijna geen toeristen, er staat een Frans busje en aan het begin van de avond komt er nog een Duits stel met twee kinderen.
Woensdag is een dag van veel kilometers. We willen naar Ouzoud, naar camping Zebra. Onder reizigers beter bekend als “Paul en Renate”.
We rijden van Tazzarine naar Nekob waar we inkopen doen bij een verrimpeld en nagenoeg tandloos mannetje van 150cm. De man begint te rekenen en laat ons op zijn rekenmachine het getal 2400 zien. 2400Dh is omgerekend 240 Euro. Omdat dit ons toch wel een beetje veel lijkt voor 6 flessen cola, potje jam, koekjes, 10 eieren en nog wat dingetjes worden pen en papier gepakt en begint het rekenwerk opnieuw. Uiteindelijk blijkt dat we 114Dh moeten betalen. De man was niet van plan om ons op te lichten, zeker niet. Maar op de één of andere manier klopt er iets niet. Inmiddels zijn we er achter dat de man in een andere muntsoort rekende. De oudere Marokkanen schijnen dat nog wel vaker te doen. Het bedrag moet je dan delen door ruim 20 om in Dirhams te kunnen betalen. Weer wat geleerd zullen we maar zeggen.
Van Nekob gaan we via Ouazarzate in de richting van Skoura. Even voor Skoura gaan we binnendoor naar Demnate. Deze weg is geasfalteerd, maar heeft zoveel te leiden tijdens regenbuien dat dan de weg afgesloten moet worden en met bulldozers weer vrijgemaakt moet worden. We vorderen gestaag en zodra het begint te schemeren zoeken we een geschikte plaats om de avond en nacht door te brengen. We vinden een plek op 2050 meter boven op een bergje.
De volgende morgen voltrekt zich een prachtig schouwspel. Het ene dal ligt vol met wolken. Zodra de wind in dat dal iets opsteekt worden de wolken over de top, langs onze trucks, gestuwd het andere dal in.
Na het ontbijt gaan we verder en komen in de loop van de ochtend aan in Demnate. Hier worden door de dames boodschappen gedaan terwijl de mannen doen wat alle mannen hier doen, lekker hangen op een muurtje. We hebben gezelschap. Een oud, maar super vrolijk Marokkaantje vind het maar wat gezellig en begint hele verhalen tegen ons en tegen de honden, het is grotendeels Arabisch of Berbers dus begrijpen we er niks van. Jan praat gezellig in het plat Boekels terug en met elkaar hebben we de grootste lol.
In de loop van de middag komen we aan bij Camping Zebra waar we door Paul en Renate super enthousiast worden ontvangen. Hier blijven we tot maandag, we hebben nu even vakantie. We brengen de dagen door met de nodige klusjes, lezen veel, bezoeken de waterval van Ouzoud, doen middagdutjes, skypen met de familie en maken ons vooral niet druk. De enige verwarring die er nog is is de tijd. Niet dat we veel op de klok kijken, maar de Marrokaanse tijd is even van slag. Volgens de wereldklok en ook onze gps is het nu (sinds een week) twee uur vroeger als in Nederland. Veel Marokkanen houden echter nog vast aan de oude tijd (één uur vroeger). Omdat dit veel onduidelijkheid geeft heeft men in Marrakech op het vliegveld besloten dat de oude tijd gehandhaafd blijft totdat in Europa de tijd verzet wordt. De chaos is nu compleet.
We storen ons er niet aan en gaan naar bed als we moe zijn en staan op als we uitgerust zijn. Vaak liggen we al voor negenen op bed en zijn we er soms om zes uur of half zeven al weer uit.
Together on tour